Dave McGraw & Mandy Fer, Seed Of A Pine
Soms is het geheel meer dan de som der delen. Een bijzonder fraai staaltje van synergie laten Dave McGraw en Mandy Fer op hun allereerste duo-album Seed Of Pine getiteld horen. Dave McGraw leverde in het verleden een aantal niet meer dan als verdienstelijk te beschouwen solo albums af. Mandy Ferrarini debuteerde in 2010 met het album The Other Side een album exclusief bevolkt met haar stem en gitaar. Kale folksongs in de traditie van o.a. Ani Difranco gebracht.
In de zomer van 2011 combineerden beiden hun
niet geringe kwaliteiten onder productionele begeleiding van Zach Goheen in de
Minbal Studio te Chicago. Goheen heeft eerder bemoeienis gehad met de albums
van bijvoorbeeld Po’Girl, Cass McCombs en J.T.
Nero. Hier resulteert deze samenwerking, met inbreng van o.a. Po’ Girl
Allison Russell, Peter Mulvey en JT Nero, in een album vol fijnzinnige en
meestal ingetogen folksongs van de bovenste plank.
Het hele album straalt een warme en
rustgevende sfeer uit waarbij de nadruk ligt op de volle akoestische klank van
de instrumenten en welhaast perfecte samenzang. Het geheel wordt incidenteel
doorsneden door een opvallend fraaie elektrische gitaar van
multi-instrumentaliste Mandy Fer. Seed
Of A Pine is opgetrokken uit elf zelfgeschreven songs. Deze worden
doorgaans beurtelings door beiden gebracht en voorzien van onderscheidende
arrangementen. Hierbij moet ook het volstrekt naturelle drumwerk van Andrew
Lauher genoemd worden. Niet zelden gaan hierbij mijn gedachten uit naar het
vergelijkbare drumwerk van Billy Conway. Verder levert Nora Barton stuwend en dan
weer sonoor klinkend cello werk aan. Christopher Merrrill bespeelt staande en
elektrische bas, Jared Rabin de viool.
Seed Of A Pine bewoont
inmiddels ruim een maand mijn cd speler en vergezelde hierbij tot mijn genoegen
mijn woon-werkverkeer. Na herhaalde beluistering associeer ik de stem van
McGraw meer en meer met die van Jeffrey Foucault. Zowel klankkleur als frasering
kennen de nodige overeenkomsten. McGraw en Fer verzorgden in het recente
verleden reeds het voorprogramma van Foucault. Mandy Fer’s vocalen doen mij
onwillekeurig denken aan die van Norah Jones. Hierbij moet aangetekend worden
dat Fer met haar warm hese en ontspannen stem veel meer articuleert en en ook
aardser klinkt dan haar beroemde collega.
Peter Mulvey levert naast achtergrondvocalen
een kalme en weinig opvallende elektrische gitaarpartij aan op Golden Grey. Het leeuwendeel van de
instrumentatie en prominente gitaarpartijen worden door Mandy Fer aangeleverd.
Zo kent het zich meteen in je gehoor vastbijtende Serotiny een donker getoonzette en onweerstaanbaar dwingende riff
die je regelrecht de song intrekt. De, ondanks haar getroubleerde achtergrond,
immer sprankelende Allison Russell voorziet opener So Comes The Day, het al eerder genoemde Serotony en ook Forget The
Diamonds van haar gloedvolle achtergrondvocalen. Dat de stemmen van McGraw en Fer bijzonder
goed harmoniĆ«ren laat het met Spaanse accenten voorziene Comin’ Down horen. Fer
voorziet dit eigenhandig van een ruwhouten twangende
gitaarsolo die tegelijkertijd puntig klinkt. In het intimistische Grow zingen beide geliefden elkaar toe,
een verre viool klinkt.
Dit indrukwekkende en poƫtische folk album is
subtiel doordrenkt met jazz, blues en gospel. Het kan door eenieder die ook het uit de
onvolprezen Signature Sounds studio’s afkomstige werk doorgaans waardeert en een
warm hart toedraagt blind aangeschaft worden.
Hans Jansen
Website, http://daveandmandymusic.com/
Releasedatum, 12 februari 2012, Self Release
Geen opmerkingen:
Een reactie posten