Tijdens zijn reis zonk het Verenigd Koninkrijk net als de
rest van Europa verder weg in diepe recessie. De ons regerende politici roepen
machteloos op tot kalmte en vertrouwen. Individuele burgers ervaren echter de
economische crises niet zelden direct aan den lijve. Op voorganger Handmade Life bezong Wood treffend deze
vertrouwenscrises. Hij voorzag dat mensen zichzelf terug te trekken om hun
eigen leven in kleinere verbanden vorm te geven. Op None The Wiser verklaart
Wood dat wij steeds meer op onszelf teruggeworpen zijn en dat onze kracht en
toekomst juist in kleine onderlinge verbanden ligt. Iets van de kracht van deze
organisch gegroeide menselijke maat moet hij welhaast symbolisch tot
uitdrukking hebben willen brengen door zichzelf af te laten beelden binnen een
grafisch raster van een boom met zijn vele jaarringen.
Net als op voorganger Handmade
Life brengt Wood zijn nieuwste album binnen een bescheiden muzikale
setting. Ditmaal is er voor de staande bas gekozen, fabuleus bespeeld door Neil
Harland. Hier worden herinneringen opgeroepen aan het allermooiste werk dat
Danny Thompson met John Martyn bracht. Verder wordt het geluidsbeeld prominent
gekleurd door het warme Hammondorgel van Justin Mitchell die tevens Wurlitzer
en Flügelhorn bespeeld. Martin Butler draagt fraai pianospel aan. Chris Wood
vertelt zijn verhalen met kenmerkende kalme en gezaghebbende stem waarbij het
album verder gedragen wordt door de donkere bariton van de vintage semi-akoestische
Epiphone Century gitaar.
Met titelnummer None
The Wiser zet Wood de toon en haalt velerlei overhoop om het ontwrichte
leven van Jan Modaal in de verf te zetten. Niets lijkt nog onder controle in het
leven waarin o.a. al dan niet louche financieel adviseurs het beeld bepalen en
de dochter van een kennis zich genoodzaakt ziet haar studie met inkomsten uit
telefoonseks te betalen.
Het Hammond orgel van Mitchell draagt vervolgens het door William Blake gedichte Jerusalem. Het handelt over een in vervlogen tijden gedroomd bezoek van Jezus aan Engeland. Binnen het bestek van dit album tevens te beschouwen als een strijdbare oproep om alsnog samen het land van melk en honing te bouwen.
Met
het tedere The Sweetness Game brengt
Wood naar eigen zeggen zowel een protest- als een liefdeslied. Temidden van het
gesjoemel en de chaos is er gelukkig nog steeds sprake van onderlinge
verbondenheid en liefde. Een prachtige Flügelhorn zet de frase my love is a cliché free zone passend
luister bij. In het gedreven A Whole Live
Lived bezingt Wood hoe de jongeman in zichzelf de huidige volwassene
beziet. Is er sprake van respect voor de wijsheid die hoort bij het klimmen der
jaren of van onbeleefde onverschilligheid?
Binnen The Little
Carpenter mag de lenig zoemende bas van Neil Harland schitteren. Dit is de
enige traditional van het album waarin verschillende kandidaten om dezelfde
hand dingen maar een eenvoudige timmerman met de eer strijkt. Dit “om de
uiteindelijke overwinning van de underdog te benadrukken” aldus Wood. Met
zwaargewicht Thou Shalt worden
opnieuw de tien geboden geformuleerd. Hier wordt uitgebreid de tijd genomen om
allen die denken dat ze zich werkelijk alles kunnen permitteren een spiegel
voor te houden. Wood begint
met though shalt not buy that red sports car om ruim zes minuten later te
eindigen met though shall live it out
with grace for as long as you are here. Inmiddels gaat het er niet slechts
over anderen de oren te wassen maar gaat het ook over met compassie ouder
worden en je zegeningen te tellen.
Het album nadert zijn einde met het melodisch sterke door Hugh Lapton geschreven hommage aan de huwelijkse staat Tally Of Salt. Het één na laatste stuk I am was oorspronkelijk bedoeld om rijker aangekleed te worden. Gelukkig koos Wood uiteindelijk voor een intieme pianoballade. Dit door John Clare geschreven gedicht verhaalt zowel over het verlangen naar de onschuld van de kinderjaren als naar schoonheid van de natuur en de eeuwigdurende vrede die hij in de dood hoopte te vinden. Met het pistool op de borst zou dit mijn antwoord zijn op de onmogelijke vraag om een favoriete song aan te wijzen.
Wood sluit af met het schitterend poëtische The Wolfless Years. Wij hebben
tientallen jaren in onovertroffen weelde geleefd of om het met Wood te zeggen: As they lived through the wolfless years,
the deers forgot how to live like deer. Die tijden zijn voorbij, wij zijn
weer op onszelf teruggeworpen. Tijd om het overdreven materialisme ver van ons
te werpen en weer met genoeg genoegen te nemen.
Zoals het een moderne troubadour betaamd verstaat Chris Wood
de tekens van de tijd. Hij weet deze welhaast journalistiek maar ook poëtisch
te verwoorden. Met None The Wiser
bevestigt Chris Wood zijn statuur als één van de belangrijkste chroniqueurs
onze tijd. Dit werk getuigt van grote schoonheid.
Hans Jansen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten