Martin Simpson wordt geboren in 1953 in het Engelse Scunthorpe,
een industriële stad in het Noord-Westen van Engeland. In 1970 stopt hij met
school om zich volledig toe te leggen op het worden van een fulltime muzikant.
Hij speelt naast de akoestische gitaar ook banjo en heeft naast interesse in de
Engelse traditionele folk ook een zwak voor Amerikaanse blues. In 1976
verschijnt zijn eerste solo album Golden
Vanity waarop naast hedendaagse composities allerlei traditionele songs van
beide kanten van de oceaan te horen zijn. Louisiana
1927 bekend van Randy Newman , waar hij gedurende zijn carrière meer songs
van zou opnemen, is daar een voorbeeld van. Die eerste jaren speelt hij onder
meer in het voorprogramma van Steeleye Span en werkt samen met een andere
vaandeldrager binnen de Britse folk; June Tabor met wie hij in 1980 het indrukwekkende
A Cut Above opneemt. In dat jaar
speelt hij ook mee op een album van de Albion Band, de Engelse folkband die in
de loop der jaren o.a. Chris Wood, Martin Carthy, Richard Thompson, Maddy Prior
en Lal Waterson in de gelederen heeft gehad.
Persoonlijk vind ik zijn eerste twee solo albums nog wat
wisselend in kwaliteit en klinken soms ook wat gedateerd, hoewel daar de
symbiose tussen enerzijds Britse folk en anderzijds Amerikaanse blues al mooi
tot uiting komt. Na een aantal soloalbums vertrekt Simpson in 1985 naar Amerika
waar hij met de zangeres Jessica Radcliffe trouwt en zich na enige tijd in
Bloomington, Indiana gewoond te hebben in Ithaca, N.Y vestigt. In dat jaar
verschijnt ook het consistente Sad Or
High Kicking, dat na het eveneens uitstekende Grinning In Your Face,
Simpson op zijn best laat horen; namelijk, na het vollere en mijns inziens
mindere Special Agent, meer akoestisch
en ‘stripped down’ wat zijn composities en spel meer laat ademen. In de jaren
tachtig maakt de meestergitarist naast de hiergenoemde albums Special Agent, Grinning In Your Face en Sad
Or High Kicking op solo gebied nog Nobody’s
Fault But Mine en het geheel
instrumentale Leaves Of Life. Daarnaast
gaat hij een samenwerkingsverband aan met vrouwlief Jessica wat resulteert in
het dark folk album True Dare Or Promise waarop hij veelal
prachtig slidegitaar speelt en is hij als sessie muzikant onderdeel op June
Tabor’s classic Abyssinians en het
in 1988 uitgekomen Aqaba.
Met het ingaan van de jaren negentig komt Simpson met When I Was On Horseback, een
grotendeels op de Britse traditie geënt album. In dat decennium laat hij tevens
horen van meerdere markten thuis te zijn getuige de samenwerking die hij
aangaat met de Indiase violist Viji Krishnan en de alom bekende multi
instrumentalist David Hidalgo die naast gitaar tevens bekend is om zijn
accordeon, banjo, cello en vioolspel. In 1998 levert dit trio het fraaie Kambara Music In Native Tongues af.
Eerder in de jaren negentig speelt hij ook al met de Chinese Pipa speler Wu
Man, met wie hij Music Of The Motherless
Child opneemt. Weer meer binnen de traditie passend is er een vervolg van
het project met vrouw Jessica- Red Roses uit 1995 en Band Of Angels uit 1996- en laat hij op de valreep van de
eeuwwisseling op de klassieker Black
Mountain Revisited van Julie Murphy zijn gitaarkunsten horen. Solo is er
die jaren nog te genieten van het volledig instrumentale A Closer Walk With Thee, waarop hij interpretaties van Amerikaanse
gospelsongs ten beste geeft, Cool And
Unusual waarop hij datzelfde met Britse traditionele folksongs doet en twee
live albums die tot het beste in zijn discografie gerekend mogen worden. Het
Bootleg USA album uit 1999 die opgenomen is in Amerika en het in 1997
verschenen - maar al in 1994
in Oxford opgenomen- Live. In 1995 verschijnt het
vrijwel volledig binnen de Amerikaanse blues traditie passende Smoke And Mirrors wat, met Live, Bootleg USA en Sad Or High Kicking absoluut tot het
beste van zijn solo werk gerekend mag worden en waar hij ook al een gemeen
staaltje slide gitaar laat horen.
Naast de genoemde persoonlijke favorieten uit deze periode
moet het beste van ’s mans werk eigenlijk nog beginnen. Rond de eeuwwisseling
scheiden zangeres Jessica Radcliffe en Martin Simpson en vestigt hij zich weer
in zijn Vaderland. In 2001 verschijnt nog wel het samenwerkingsalbum Beautiful Darkness met ex Jessica en
zangeres Lisa Ekstrom maar daar eindigt na een persoonlijke ook de muzikale
band. In de jaren 00 doet hij sessiewerk op een aantal albums van collega June
Tabor zoals op de prachtige folk albums An
Echo Of Hooves en At The Wood’s Heart en op Cara Dillon’s
After The Morning. De jaren tussen
de eeuwwisseling en nu laten een Simpson zien en horen die de focus meer dan in
de voorgaande jaren op zijn solo carrière richt. Naast wat genoemd sessiewerk
en instructie dvd’s ontwikkeld hij een definitieve stijl die zijn albums, naast
een nog betere productie, een consistentie meegeven waarop menig muzikant
jaloers kan zijn. Het begint met het in 2001 verschenen The Bramble Briar. Hier laat Simpson na terugkomst In Engeland horen
wat daar de weerslag van is door klasse songs als het traditionele Banks Of Sweet Primroses en Air For Maurice Ogg, het instrumentale The Lover’s Ghost en hedendaagse
composities zoals Polly On The Shore
en Sammy’s Bar. Op deze topplaat
speelt Simpson o.a. met collega Martin Carthy.
Het navolgende Righteousness And
Humidity is even een terugkeer naar Amerikaanse blues met traditionals als John Hardy, I Can’t keep Myself From Crying Sometime
en Rollin’And Tumblin’ aangevuld met
eigen composities als Ghost In The Pines
en Love Never Dies. Dat het een
voorlopig eenmalige terugkeer naar de blues is laten Kind Letters en het
daaropvolgende Prodigal Son horen. Simpson is hierop vrijwel in zijn geheel trouw
aan zijn Britse roots. Met name Prodigal
Son is, naast de al genoemde uitschieters in zijn werk, een topplaat van
jewelste met songs die naast de productionele kwaliteit, vloeiend gitaarspel,
’s mans prettig in het gehoor liggende stem, ook een staaltje story telling aan
de dag legt die zijn weerga bijna niet kent.
Of hij nu verhaalt over het verlangen van een vrijgezel in Bachelor’s Hall, uit traditie tapt in Lakes Of Champlain of The Granemare Hare, Randy Newman covert
of een gevoelige ode aan zijn vader brengt in Never Any Good het is een lange coherente staal van samengebalde
creativiteit die Simpson hier laat horen. Uit de navolgende tour wordt een
eindelijk eens een live concert op beeld vastgelegd dat in 2009 als Prodigal
Son- Live In Concert op de markt komt. Voor elke Folk liefhebber in zijn
algemeenheid en Simpson liefhebber in het bijzonder een onmisbaar kleinood. Twee
jaar geleden komt de meester met Purpose
And Grace waarop hij met een keur aan gasten wederom een topplaat weet te
fabriceren. Met medewerking van o.a , Dick Gaughan, June Tabor, Andy Cutting,
Fay Hield en Richard Thompson weet hij op nummers als The
Sheffield Apprentice, In The Pines, Bad Girls’s Lament, Lakes Of
Poinchartrain, Strange Affair, Bold General
Wolfe en absoluut prijsnummer de Springsteen cover Brother’s Under The Bridge uit te blinken in de voordracht van
traditionele en hedendaagse Britse en Amerikaanse blues en folk.
Vanaf het eind van de jaren 00 is Simpson, inmiddels ruim in
de vijftig, definitief een toonbeeld van de hedendaagse Britse folk en weet hij
zich te presenteren als één van de absolute vertolkers van wat sowieso al een
genre is waarin traditie en eigentijdsheid hand in hand gaan. Zoals gezegd verschijnt op 29 juli Vagrant Stanzas. Het wordt een 2 cd met
in totaal 21 songs waarop enerzijds eigen composities en traditionals en
anderzijds covers van o.a Bob Dylan, Chris Wood en Leonard Cohen. De previews
die op internet zijn losgelaten verraden alvast een nieuw meesterwerkje van de
Brit.
Na een carrière van 37 jaar, waarin hij gaandeweg Amerikaane
blues en Britse folk invloeden tot zijn
volledig eigen stijl heeft weten te versmelten, heeft hij talloze awards op
zijn naam staan waaronder verscheidene van de prestigieuze BBC Radio 2 Folk
Awards en trad hij op en nam songs op met o.a June Tabor, Martin Carthy,
Jackson Browne, Julie Murphy, Danny Thompson ,Kelly Joe Phelps, Martin Taylor, Dick
Gaughan, David Lindley, Roy Bailey, en Richard Thompson. Zijn banjo en akoestische
gitaarspel zijn vloeiend en technisch hoogstaand. Met zijn donkere, heldere
stem weet hij op kalme wijze de teksten voor te dragen wat hem tot een
storyteller pur sang maakt. Na een start in Engeland, vijftien jaar in Amerika
en een terugkeer naar Engelse grond heeft Simpson van beide continenten een
eigen waarneming die uitstekend in zijn werk terug te horen is. Zijn klasse zit
niet alleen in het feit dat hij een subliem gitarist is maar overstijgt dit
gegeven door de compositie het werk te laten doen. Hij is virtuoos in het klein
houden van zijn spel. Hij laat ruimte in de compositie om te ademen waardoor de
kwaliteit van zijn spel en compositie als vanzelf naar boven komen. Dat is
alleen de allergrootsten gegeven. In 2005 trouwt hij met Kit Bailey de dochter
van zanger, Roy Bailey en samen met dochter Molly wonen ze in Sheffield. Martin
Simpson is een groots muzikant en componist die van beide kanten van de oceaan
het beste meeneemt in zijn werk en daarmee al 37 jaar in het oog en oor
springt.
Luistertips solo; Sad or High Kicking, Smoke And Mirrors, Bramble Briar, Prodigal Son, Live, Purpose And Grace.
Luistertips overig werk; True Dare Or Promise, A Cut Above, Music For The Motherless Child, Kambara Music In Native Tongues en Black Mountain Revisited
Gastschrijver, Arjan Post.
Binnenkort publiceert hij zijn Vagrant Stanzas review.
Mooi artikel, Arjan! Je enthousiasme is overduidelijk.
BeantwoordenVerwijderenmvg,
Theo
Er is geen artiest van wie ik in korte tijd zoveel muziek gekocht heb. Martin Simpson was voor mij namelijk een late ontdekking. Vorig jaar heb ik vooral het werk van de laatste jaren gekocht. Na Purpose & Grace (zie mijn duo-review met John Smits elders binnen dit blog) regelrechte aanraders als The Bramble Briar, Kind Letters, Prodigal Son en True Stories. Ook zijn laatste album Vagrant Stanzas is zeer goed gelukt. Blijkbaar een album waar de man al zijn hele leven naar toe heeft gewerkt. Wanneer je songs als Jackie and Murpy en Delta Dreams schrijft dan ben je echt een hele grote meneer.
BeantwoordenVerwijderenZijn laatste cd op Spotify beluisterd. Zijn gitaarspel en stem vallen bijzonder in de smaak. Vreemd eigenlijk, dat nooit iemand mij gewezen heeft op zijn muziek.
BeantwoordenVerwijderenmvg,
Theo
Op Allmusic staat dat hij alle songs zelf geschreven heeft! Stranger song is trouwens een mooie cover van de Leonard Cohen song. Delta dreams springt er inderdaad bovenuit.
BeantwoordenVerwijderenIk ben ook erg gecharmeerd van de Chris Wood cover Come Down Jehovah op dit album. Hoe dan ook: koop het dubbelalbum! Krijg je geen spijt van.
BeantwoordenVerwijderenDank je Theo. Je zult er idd geen spijt van krijgen. Je kunt alles vanaf Kind Letters tot nu zo aanschaffen. Daarbij Smoke and Mirrors en Bramble Briar en de dvd Prodigal sons live. Van daaruit verder werken. Ook absoluut één van mijn favoriete Engelse folk artiesten met Bert Jansch en Chris Wood. Echter staat June Tabor voor mij op eenzame hoogte.
BeantwoordenVerwijderen